Home > Voor ouders > Protocol najaarskinderen
Protocol najaarskinderen
De 1 oktobergrens wordt niet meer gehanteerd. Een leerling moet in 8 jaar tijd een ononderbroken ontwikkeling doormaken op de basisschool. Er zijn kinderen waarvoor wij beredeneerd en in overleg met ouders een andere keuze maken. Speciale aandacht moet uitgaan naar de zgn. herfstkinderen. Het zijn de kinderen die in oktober, november of december jarig zijn.
Algemene uitgangspunten:
- Het welbevinden van de kinderen staat voorop bij de beslissingen die genomen worden.
- Kinderen die in oktober, november en december jarig zijn komen in groep 1. Zij gaan hele dagen naar school.
- Voor deze kinderen voeren we de KIJK-lijnen later in dan voor de andere kinderen. Dit omdat een wen-periode noodzakelijk is.
- Deze kinderen gaan niet vanzelfsprekend door naar groep 2.
- De kijk-lijnen worden eind januari of begin februari ingevoerd. Het gevolg is dat hiervoor een apart groepsoverzicht komt.
- De ouders van de herfstkinderen worden voordat zij naar groep 1 gaan geïnformeerd over het schoolbeleid. Tijdens dit contactmoment moet nadrukkelijk aan de orde komen dat jonge kinderen wel op hun eigen leeftijdsniveau kunnen functioneren maar daarmee nog niet vanzelfsprekend klaar zijn voor de volgende groep.
- We spreken niet over doubleren of versnellen maar over een kort of lang kleutertraject.
- We gebruiken het protocol zorgvuldig maar incidentele uitzonderingen zijn altijd mogelijk.
- De beslissingen worden weergegeven in Parnassys en zijn voorzien van een motivatie.
Overgang groep 1-2
- Kinderen die een score van minimaal 5,0 op de ontwikkelingslijnen hebben kunnen eventueel door naar groep 2. Dit gaat in overleg met ouders en IB-er.
- De leerling is een bespreekgeval als het 4,8 scoort op de ontwikkelingslijnen van KIJK!
- Bij een ontwikkelingsniveau van 4,6 of lager blijven de kinderen in groep 1.
- De basiskenmerken en eventuele risicofactoren worden nadrukkelijk meegenomen in de te nemen beslissing.
- Het is mogelijk om de gegevens van de citotoets mee te laten wegen. In dat geval moet de toets eerder afgenomen worden. Voor de overgang naar groep 2 is een A of B-score nodig.
- Bij de bespreekgevallen moeten wij ons steeds te vraag stellen: Waar is de leerling het best op zijn plek én waar komt hij het beste tot leren.
Overgang groep 2-3
Uit het overgaan naar groep 2 mag niet automatisch de conclusie worden getrokken dat de leerling een jaar later ook door gaat naar groep 3. Kinderen moeten zich blijvend positief ontwikkelen. Tijdens de contactavond in januari worden de kansen duidelijk met ouders besproken. Rond de voorjaarsvakantie nemen we een voorlopige beslissing over de overgang naar groep 3. In mei wordt in overleg met ouders een definitieve beslissing genomen.
Naar groep 3 | Bespreekgeval | Blijft in groep 2 | |
---|---|---|---|
Lijnen: geletterdheid, gecijferdheid, logisch denken, auditieve waarneming en taakgerichtheid. | Ontwikkelingsniveau van 6 jaar of ouder. | Ontwikkelingsniveau van 5,8 - 6,0 jaar. | Ontwikkelingsniveau onder 5,8 jaar. |
Overige lijnen | Ontwikkelingsniveau van 5,6 jaar of ouder. | Ontwikkelingsniveau van 5,4 - 5,6 jaar. | Ontwikkelingsniveau onder 5,4 jaar. |
Cito taal voor kleuters | A of B-score | C of D-score | D of E- score |
Cito rekenen voor kleuters | A of B-score | C of D-score | D of E- score |
Met het oog op de ‘ononderbroken’ ontwikkeling is het van belang dat een leerling, die voor de tweede keer groep 2 doet een aangepast programma krijgt om de voorsprong op de nieuwe groep 2 te behouden en later een goede start te kunnen maken in groep 3.
Dit wordt vastgelegd in een hulpplan voor de lange termijn.